dinsdag, juli 6, 2021

‘Gebruiksvriendelijkheid is het rechtssysteem van de toekomst’ - Een dialoog met jurist en onderzoeker Tim Verheij 

Hoe krijg je gerechtigheid als het rechtssysteem te ingewikkeld is? Tim Verheij, jurist en onderzoeker verbonden aan The Hague Institute for Innovation of Law (HiiL), deed jaren onderzoek naar deze prikkelende vraag.

Tim Verheij - Jurist HiiLIn 2021 publiceerde hij een uitgebreid rapport waarin hij de ‘gerechtigheidskloof’ in Den Haag aankaartte. Deze stad, waar veel prestigieuze mensenrechtenorganisaties zijn gevestigd, wordt ook wel de internationale stad van vrede en recht genoemd. Het blijkt echter dat niet iedereen toegang heeft tot juridische en/of sociaalmaatschappelijke hulp. Hoe kunnen we de emancipatie van deze burgers stimuleren? En welke veranderingen, binnen en buiten het rechtssysteem, zijn hiervoor nodig? 

Op 19 mei 2021 organiseerde Initiatives of Change (IofC) een Zoom-dialoog met Tim Verheij in het kader van het IofC project ‘Geloven in Mensenrechten’ (GiM). Tijdens deze sessie presenteerde de onderzoeker zijn bevindingen over de Haagse rechtvaardigheidskloof en nodigde hij de deelnemers uit om mee te denken over oplossingen voor dit probleem. 

‘De meeste mensenrechtenorganisaties hebben de juiste intenties’, benadrukt Verheij aan het begin van zijn presentatie. ‘En de gemeente Den Haag wil oprecht de kwaliteit van leven van haar inwoners verbeteren. Zorgverleners beschikken echter niet altijd over de juiste kennis en instrumenten om dit doel te bereiken.’ Volgens hem worstelen veel inwoners met allerlei problemen die hun kwaliteit van leven aantasten, ondanks de inspanningen van de gemeente om hun mensenrechten te waarborgen. De problemen waarmee kwetsbare groepen kampen zijn onderbelicht en vereisen een praktische benadering, volgens Verheij. Deze groepen omvatten, onder andere, statushouders, alleenstaande moeders en mensen die in armoede leven. 

De mensenrechtenschendingen en problemen die zij ervaren ontstaan vooral in hun directe omgeving. Door deze groep uitgebreid te bevragen kreeg Verheij een nauwkeurig beeld van hun problematiek en hun ervaringen met hulp- en rechtsverlenende organisaties. Het gaat dan  onder meer over burenruzies, echtscheidingsconflicten en gebrekkige huisvesting, zoals blijkt uit Verheij’s onderzoek. Op de vraag of ze een oplossing voor hun probleem hebben gevonden, antwoordde een aanzienlijk aantal mensen neutraal of negatief. Waarom krijgen deze mensen niet de hulp die ze nodig hebben? 

Veel kwetsbare inwoners kunnen hun weg door het gecompliceerde rechtssysteem niet vinden, volgens Verheij. Ook bepaalde culturele normen en waarden kunnen iemand ervan weerhouden om hulp te zoeken. Zo worden familieproblemen als een bron van schaamte gezien in sommige culturen. Ook is er sprake van wantrouwen jegens bepaalde autoriteiten. Daarom zoeken kwetsbare groepen liever hulp bij mensen die ze kennen. ‘Zij hebben doorgaans een verminderd vertrouwen in organisaties en instituten. Ze zoeken daarom naar oplossingen via andere wegen: bijvoorbeeld via leraren, vrienden en familie. Ze zoeken ook hulp bij buurthuizen, vaak een centraal en belangrijk contactpunt in hun gemeenschap’, zegt Verheij. ‘Ook blijkt dat niet iedereen toegang heeft tot juridische of sociaalmaatschappelijke hulp omdat de toegankelijkheid niet voor iedereen verbetert: denk aan mensen zonder digitale vaardigheden en/of kennis van de Nederlandse taal.’ 

Een deelneemster merkt op dat de taalbarrière twee kanten op werkt. De hulpverlener beschikt niet altijd over de (interculturele) communicatievaardigheden om met de zorgvrager te kunnen communiceren. ‘Taal zou in dit geval geen struikelblok moeten vormen’, antwoordt een andere deelnemer. ‘Nieuwkomers moeten voldoende Nederlands leren: dat is hun plicht.’ 

Een andere deelneemster is het daar niet mee eens: ‘Als we mensenrechten voor iedereen toegankelijk willen maken vanaf het begin, dan moeten we uitgaan van wat mensen kunnen weten en niet van wat ze zouden moeten weten. Ja,  participeren in de samenleving is een plicht, maar toegang tot begrijpelijke informatie is het recht dat daarbij hoort.’ Verheij sluit zich hierbij aan. ‘Alleen woorden vertalen is niet genoeg om mensen te informeren’, zegt hij. ‘Oplossingen moeten worden aangeboden op toegankelijke plaatsen waar mensen de hulp krijgen die ze nodig hebben, zonder verstrikt te raken in een web van ingewikkelde taal en bureaucratie.’ 

Verheij stelt daarbij nog een cruciale vraag: welke instrumenten hebben zorgverleners en juridische experts nodig als het gaat om hulp- en rechtsverlening aan kwetsbare groepen? ‘We moeten streven naar een gebruiksvriendelijk rechtssysteem’, zegt Verheij. ‘Dat betekent, onder andere, het geven van transparant, toegankelijk en begrijpelijk advies. We moeten ook blijven investeren in buurtcentra, want dat is vaak het eerste contactpunt. Ook moeten we beseffen dat juridisch advies slechts een deel van de oplossing is. We moeten daarom streven naar een holistische aanpak die het juridische integreert met het persoonlijke, culturele, psychologische, enzovoort. Het probleem wordt dan niet alleen ‘juridisch opgelost’ maar vanuit meerdere hoeken benaderd. Daarom pleit ik voor het geven van ‘behandelingen’ in plaats van alleen juridisch advies.’ 

Verheij voegt eraan toe: ‘We moeten niet slechts zoeken naar oplossingen binnen het academische en juridische debat over mensenrechten, want dat vertaalt zich niet altijd even goed in de praktijk. In plaats daarvan moeten we ons focussen op praktische en bewezen oplossingen. We moeten leren hoe we één probleem tegelijk rechtvaardig en effectief kunnen oplossen. En de informatie over (mensen)rechten moet inclusiever en toegankelijker worden. Kortom: ik pleit voor een rechtssysteem dat voor iedereen toegankelijk is, ongeacht afkomst, sociaaleconomische status of opleidingsniveau. Gebruiksvriendelijkheid is het rechtssysteem van de toekomst.’ 

Een deelneemster eindigt de sessie met de opmerking dat een gebruiksvriendelijk rechtssysteem idealiter vooral zelfredzaamheid moet stimuleren. ‘We moeten mensen niet de perfecte oplossing aanreiken, maar ervoor zorgen dat zij zelf de weg naar rechtvaardigheid kunnen vinden.’ 

door Shereen Siwpersad

Voor meer informatie over het project 'Geloven in Mensenrechten', klik hier.